details
-
vervaardiger:
- interviewer | De Baerdemaeker, Marieke |
- geïnterviewde | Akin, Gülten | Sleidinge (Evergem)
- producent | Danse La Pluie
- opdrachtgever | MIAT
- objectnummer: AU00001-042
- objectnaam: mondelinge bron
- datum: 2018-03-08/
#huisvesting #Gent #textielfabriek #textiel #einde 20ste eeuw #vakbond #textielarbeidster #UCO Galveston #arbeidsmigratie #arbeidster #verlof #werkrelaties #arbeidsomstandigheden #aanwerving
Interview met Gülten Akin over haar werk in de Gentse textielindustrie
Beluister dit fragment uit het interview met Gülten, waarin ze vertelt hoe ze als vakbondsafgevaardigde vaak de vraag voor extra vakantie kreeg. Dit fragment maakt deel uit van een uitgebreider interview in het kader van het project 'Hun werk, hun leven. Getuigenissen uit de Gentse textielwereld 1950-2010'.
De vader van Gülten Akin komt in 1970 vanuit Emirdağ, Turkije naar België om hier als arbeider te werken voor een beter loon. Op dat moment zijn Gültens tante en nonkel al aan de slag in de Gentse textielindustrie en ze doen een goed woordje voor haar vader. Er is veel nood aan arbeiders; hij kan beginnen in UCO Filature Nouvelle Orléans.
Een jaar later haalt hij zijn gezin naar België, Gülten is dan negen jaar oud. Omdat ze de taal nog niet beheerst, komt ze in het tweede leerjaar terecht hoewel ze in Turkije al in het vierde leerjaar zat. Zo kan ze Nederlands leren.
Na de lagere school volgt Gülten een tijdje naaischool, maar al snel merkt ze dat dit niets voor haar is. Bovendien is haar moeder op dat moment huisvrouw en voldoet het loon van haar vader niet altijd. Gülten wil liever gaan werken om haar ouders en het gezin te kunnen helpen ondersteunen.
Haar vader gebruikt zijn contacten bij UCO en bezorgt zijn dochter een sollicitatiegesprek. Na enkele testen mag Gülten in 1976 starten op de bobijnafdeling van UCO Galveston, waar ze bobijnen moet opsteken en breuken herstelt.
In de fabriek wordt ze steeds vaker ingeschakeld om te tolken voor andere Turkse arbeiders en na verloop van tijd wordt haar gevraagd om zich kandidaat te stellen als vakbondsafgevaardigde. Ze gaat hierop in en wordt verkozen; op dat moment is Gülten 19 jaar. Als délégué is ze een bemiddelaar tussen de arbeiders en de directie.
In 1979 trouwt ze met een Turkse man die bij haar in België komt wonen. Gülten zorgt ervoor dat haar man ook bij UCO Galveston kan werken. Maar wanneer ze later kinderen krijgen, blijkt het ploegensysteem waarin ze werken moeilijk te verenigen met de kinderopvang. Daarop besluit Gülten om over te schakelen naar de weekendshift. Zo kan ze tijdens de week de zorg voor de kinderen op zich nemen.
In 1986 is er bij Stad Gent nood aan een medewerker om nieuwkomers uit het buitenland te ondersteunen, onder andere door ze te helpen met vertalingen en het invullen van papierwerk. Een kennis van Gülten, die weet hoe sociaal ze is, stelt haar de job voor. Omdat het werk in de textielfabriek ondertussen te zwaar wordt en Gülten al van kinds af aan graag tussen de mensen vertoeft, stelt ze zich kandidaat. Ze krijgt de job en komt zo op de immigratiedienst van de Stad Gent terecht.
Een kleine drie jaar later wil de Stad een nieuwe dienst voor buurtwerk opstarten, onder andere in de Rabot-wijk waar Gülten zelf ook woont. Omwille van haar ervaring op de immigratiedienst wordt Gülten gevraagd of ze interesse heeft. Het werken met diverse nationaliteiten, met al hun verschillen en gelijkenissen, spreekt haar erg aan en ze gaat op het aanbod in. Sindsdien is Gülten bij de Dienst Buurtwerk aan de slag.
Gülten aan het werk op de bobijnafdeling van UCO Galveston.