menu
 
NIEUW // EXPO PLASTIC FANTASTIC?
0:00 | 0:00
download
download
Hogere resolutie nodig? Neem contact met de bibliotheek.
deel op social media

details

  • vervaardiger:
    • interviewer | Boers, Hans
    • geïnterviewde | Fossum, Rita | Antwerpen (stad)
    • producent | Geheugen Collectief vzw - Historisch Onderzoeksbureau
    • opdrachtgever | Industriemuseum
  • objectnummer: AU00009-011
  • objectnaam: mondelinge bron
  • datum: 2023-07-25
Ontdek meer in de museumbibliotheek
#metaal #einde 20ste eeuw #3de kwart 20ste eeuw #vakbond #onderwijs en opleiding #arbeidster #gender #scheepsbouw #scheepvaart #verbindingsprocessen (lassen) #Hoboken (Antwerpen) #Cockerill Yards Hoboken nv

Interview met Rita Fossum over haar werk in de Belgische metaalindustrie

Beluister dit fragment uit het interview met Rita, waarin ze vertelt over de arbeidsomstandigheden bij het lassen. Dit fragment maakt deel uit van een uitgebreider interview in het kader van het project 'Hun werk, hun leven. Getuigenissen uit de metaalindustrie (1970-2020)'.

 


 

Rita Fossum (°1951) groeit op in Temse. Haar vader is een Noorse zeeman, haar moeder huisvrouw. Op de Sint-Amelbergaschool in Temse volgt Rita stenodactylo, een van de weinige richtingen die voor meisjes toegankelijk zijn.

 

Rita trouwt op haar achttiende en verhuist met haar man naar Antwerpen. Hij gaat op de scheepswerf Cockerill Yards werken als lasser, Rita doet enkele kleine jobs en bevalt van hun zoon. Dankzij een overheidscampagne om meer vrouwen in ‘mannenberoepen’ te krijgen, kan Rita ook bij Cockerill Yards een opleiding van zes maanden volgen tot ‘lasserin’, de benaming die de vrouwelijke lassers zichzelf geven. Ze wordt tijdens die opleiding betaald door de RVA. Rita behoort tot de tweede of derde lichting vrouwen die op die manier in het bedrijf als arbeidster aan de slag kunnen.

 

De tientallen vrouwelijke arbeiders in het bedrijf van wel 2600 werknemers krijgen hetzelfde loon als hun mannelijke collega’s. Ze hebben aparte kleedkamers, douches en zelfs een aparte refter. Op een algemeen verbod op nachtwerk na, worden ze gelijk behandeld. Rita last eerst in de lashallen aan kleine stukken, maar al snel ook op de schepen zelf. Dat is soms penibel werk, heel warm en in ongemakkelijke lichaamsposities. Het is niet eenvoudig om als jonge moeder te werken. In Hoboken is er één kinderopvang, die enkel overdag open is. Als oplossing wisselt Rita af met haar man: een van hen doet de ochtendshift, de andere de avondshift.

 

In 1982 sluit Cockerill van de ene op de andere dag de deuren: de werknemers staan letterlijk voor een gesloten poort. Rita en haar man nemen nog deel aan betogingen in Brussel, maar het mag niet baten. Sommige arbeiders kunnen op de Boelwerf in Temse gaan werken, die niet veel later zelf ten onder gaat, maar voor vrouwelijke lassers is er nergens plaats. Vaak wordt daarvoor als reden gegeven dat er geen aparte voorzieningen voor vrouwen zijn.

 

Rita ziet zich gedwongen een nieuwe opleiding te volgen, dit keer voor een ‘vrouwenberoep’: bejaardenverzorgster. Ze mist het werk op de scheepswerf, maar vindt vrede met haar nieuwe loopbaan.

 

Groepsfoto van vrouwen die als lasser aan de slag zijn bij Cockerill Yards, jaren 1970. Collectie Heemkundige Kring Hobeuchen 1135

Meer uit deze collectie...

blijf op de hoogte

SCHRIJF JE IN OP DE NIEUWSBRIEF